PURMEREND - Burgemeester Ellen van Selm ontving op vrijdag 11 oktober het algemeen bestuur van de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Dit is een samenwerkingsverband tussen 32 gemeenten, waaronder Purmerend, twee provincies (Noord-Holland en Flevoland) en de Vervoerregio Amsterdam. De setting kon niet mooier in het prachtige Fort Beemster. Ook Dirk van der Beek van De Groene Stelling, een samenwerkingspartner van de gemeente Purmerend gaf naast de eigenaar van Fort Beemster Frank Bart een presentatie.
Ontvangend burgemeester Ellen van Selm nam de aanwezigen in haar speech mee in het samenspel tussen stad en platteland, het verkorten van de voedselketen en het vinden van balans tussen het behoud van het erfgoed De Beemster gecombineerd met innovatie. Zij vertelde over de wijze waarop wij als gemeente hiermee bezig zijn en de kracht van verbinding benutten.
Burgemeester van Selm: 'Purmerend, als dynamische stad, en de Beemster, als vruchtbare voedselkamer en groene buffer, laten ons zien dat we de natuur dichtbij huis kunnen koesteren. Kortom, de Beemster is niet zomaar een deel van het landschap, het is een essentiële pijler in de duurzame ontwikkeling van de Metropoolregio Amsterdam. Het behoud van dit gebied is niet alleen belangrijk voor de agrarische sector, maar ook voor de culturele waarde, ecologische balans en de kwaliteit van leven in de hele regio.'
De Beemster speelt een cruciale rol in de Metropoolregio Amsterdam, met zijn duurzame voedselproductie en agrarische innovatie. Lokale boeren zetten in op korte ketens, waarbij vers, lokaal voedsel rechtstreeks bij de consument belandt. Dit versterkt niet alleen de lokale economie, maar draagt ook bij aan duurzaamheid. Naast voedselproductie is de Beemster ook een oase van rust en cultuur, die toeristen van over de hele wereld aantrekt. Het behoud van dit erfgoedgebied gaat hand in hand met duurzame innovaties en slimme oplossingen voor de toekomst. Daarmee is De Beemster met haar geschiedenis, natuur en innovatie een essentiële schakel voor de regio Amsterdam.
Meer informatie over de MRA vindt u op de
Speech Ellen van Selm
Dames en heren,
Vandaag zijn we op een bijzondere plek in Purmerend: Fort Resort Beemster. Meneer Bart, de eigenaar van dit bedrijf, zal u zo kort iets vertellen over deze mooie plek. Dat de Beemster bijzonder is, is voormalig president Obama ook niet ontgaan is – fijn om jullie vandaag hier te mogen verwelkomen en deze bijzondere plek met u te mogen delen.
De Beemster, een uniek gebied dat niet alleen bekend staat om zijn schitterende landschap, maar ook om zijn rijke historie als UNESCO-werelderfgoed. De Beemster is een prachtig voorbeeld van hoe Nederland door de eeuwen heen haar relatie met water heeft weten te vormen en te innoveren. Purmerend en de Beemster vormen samen een uniek contrast, maar tegelijkertijd ook een krachtige symbiose die ons dagelijks leven verrijkt. Het stadsleven van Purmerend en het uitgestrekte, groene landschap van de Beemster laten zien hoe stedelijke en landelijke werelden naadloos met elkaar verbonden kunnen zijn.
Vandaag wil ik graag stilstaan bij onze gezamenlijke ambitie om de kwaliteit van ons landschap en cultuurhistorisch erfgoed te behouden en versterken en de wijze waarop wij als gemeente hiermee bezig zijn. Een van de ambities van de MRA agenda, die wij als Zaanstreek-Waterland ontzettend belangrijk vinden. Het landelijke gebied van ons gemeente – droogmakerij De Beemster – speelt een belangrijke rol binnen onze Metropoolregio. In een tijd waarin steden steeds verder groeien, verdichten en onze ruimte schaarser wordt, blijft de Beemster een cruciale rol vervullen als oase van rust, cultuur en voedselvoorziening. De Beemster, een polder die niet alleen rijk is aan geschiedenis, maar ook een bron van culinaire en agrarische innovatie. De Beemster is veel meer dan een polder; het is een erfgoedgebied dat sinds jaar en dag de wereld laat zien wat samenwerking tussen mens en natuur kan voortbrengen.
Korte keten in de voedselproductie
De plek is een onmisbaar onderdeel van de ruimtelijke en ecologische balans binnen de Metropoolregio Amsterdam. Terwijl de stad Amsterdam uitgroeit tot een wereldstad, blijft de Beemster een tegenhanger die de regio voedt met gezonde, lokale producten. Een belangrijk thema dat steeds relevanter wordt in de Beemster is de ontwikkeling van korte ketens in de voedselproductie. Boeren in dit gebied zetten steeds vaker in op directe verkoop aan consumenten, waarbij de afstand tussen producent en consument minimaal is. Dit heeft niet alleen voordelen voor de lokale economie, maar draagt ook bij aan duurzaamheid. De verse producten die op de Beemster bodem worden geteeld, komen op deze manier met minder voedselkilometers op het bord van de consument terecht. Het zorgt voor transparantie in de keten en biedt de mogelijkheid om lokale producten te promoten. Zo was ik vanmorgen met groep 4 uit Purmerend op bezoek bij een boer voor een ontbijt met streekproducten). Voedsel verbindt ons niet alleen als mensen, maar het verbindt ook stad en land. De Beemster, vaak de “voedselkamer van Amsterdam” genoemd, voorziet Purmerend en de regio van eerlijke, lokale producten. Van verse groenten tot zuivelproducten, het landschap van de Beemster voedt de stad, letterlijk en figuurlijk. Een mooi voorbeeld: Beemsterlants varken, kleinschalige varkenshouder die zich volledig gestort heeft op de kringlooplandbouw gedachte: wisselt graan (maken hier zelf voer van) en stro (stal) uit met een akkerbouwer die zijn mest weer gebruikt op het land. Werkt uitsluitend met slagerijen uit Noord-Holland (ook in Amsterdam) en de slacht wordt sinds kort gedaan op nog geen 10 km afstand. Als een van de eerste in NL met een educatieve zichtstal van Stichting Stap in de Stal. Maar ook de knoflookteelt (Beemster Garlic), die in de Beemster de ruimte krijgt om te groeien en te bloeien in de vruchtbare kleigrond. Deze verse knoflook is geliefd bij chefs en thuiskoks in heel Europa, omdat hij niet alleen een krachtige smaak heeft, maar ook met zorg en respect voor de natuur wordt verbouwd. Maar ook kaasboerderij Groot. Kaasboerderij Groot, gelegen in Middenbeemster, staat bekend om het ambachtelijke proces waarmee de familie Groot met hart en ziel melk van hun eigen koeien omtovert tot heerlijke zuivelproducten.
Behoud van werelderfgoed en open landschap en innovatie
De Beemster is als UNESCO-werelderfgoed van onschatbare waarde en dat moeten we koesteren. Het is ons erfgoed maar betreft ook een levend landschap, er wordt in dit erfgoed gewoond, gewerkt en geleefd. Het plaatsen van een kaasstolp over dit erfgoed is niet wenselijk. De grote uitdaging ligt in het vinden van de balans tussen het behoud van ons erfgoed en het blijven ontwikkelen van innovatieve oplossingen voor de toekomst, ook voor de bedrijven die hier zijn gevestigd. Ruimtelijke ontwikkelingen kunnen botsen met de kernkwaliteit van de grote openheid van onze polderkamers, niet alles is wenselijk en mogelijk. Toch hebben we met zorg en aandacht voor de kernkwaliteiten van het werelderfgoed, de schaalvergroting van agrarische bedrijven mogelijk gemaakt en heeft CONO Kaasmakers hun nieuwe innovatieve kaasmakerij gebouwd (in plaats van verplaatsing naar een industrieterrein). En hoe mooi is het dat CONO erin is geslaagd én wereldspeler te zijn én de lokale markt te bedienen.
Maar hoe kunnen we ervoor blijven zorgen dat ontwikkelingen en innovatie bijdragen aan het behoud van ons erfgoed? Als gemeente zetten wij in op Behoud door ontwikkeling, dat klinkt als een tegenstrijdigheid maar dat is het wat ons betreft niet: We kijken naar enerzijds naar de identiteit en anderzijds het draagvermogen van het landschap
- onze agrariërs zijn de beheerders en daarmee hoeders van ons open landschap
- met het draagvermogen onderzoeken we op welke wijze we ontwikkelingen Des Beemsters kunnen vormgeven
Een goed voorbeeld is ons huidige exercitie waarbij we onderzoeken wat nodig is voor een duurzame agrarische sector op het gebied van de energietransitie in relatie tot het draagvermogen van het landschap. We kijken daarbij naar diverse energiemaatregelen (zon/wind/batterijopslag/mestvergisting). Een windmolen tast niet direct ons landschap en de kernkwaliteiten van het werelderfgoed aan. Maar bij plaatsing van alle maatregelen op 1 agrarisch erf en diverse erven naast elkaar kan dit wel aan de orde zijn. Waar vinden we de balans?
Erfgoed en toerisme
Het belang van landschap als tegenhanger van de stad wordt steeds meer en meer duidelijk. Groen is nodig gezien de verdichting in de stad en we kiezen voor verdichting in de stad om ons landschap groen en open te houden. En hoe kunnen we de toeristen uit Amsterdam, waar de druk in de stad hoog is, meer en meer blijven trekken naar de Beemster? Beemster leent zich voor kleinschaligheid, individuele toerist, kwaliteit. Het behouden van het erfgoed gaat hand in hand met het bieden van een authentieke ervaring aan bezoekers. Door toerisme op een verantwoorde manier te ontwikkelen, kunnen we niet alleen het erfgoed behouden, maar ook delen met toekomstige generaties. Toeristen komen hier niet alleen voor de geschiedenis, maar ook voor de rust, de natuur en de bijzondere lokale producten, die allemaal voortkomen uit het bijzondere karakter van dit polderlandschap, net als de stedelingen in Purmerend: recreëren in het groen.
Daarnaast mogen we “De Groene Stelling” niet vergeten. Dirk van de Beek zal daar straks meer over vertellen. Deze visie, die de groene, natuurlijke buffer rondom Amsterdam beschermt, verbetert en toegankelijk maakt, sluit naadloos aan bij onze inzet voor de Beemster. Het houdt de balans tussen stedelijke groei en het behouden van het prachtige landschap.
Laten we dus de kracht van deze verbinding vieren. Purmerend, als dynamische stad, en de Beemster, als vruchtbare voedselkamer en groene buffer, laten ons zien dat we de natuur dichtbij huis kunnen koesteren.
Kortom, de Beemster is niet zomaar een deel van het landschap, het is een essentiële pijler in de duurzame ontwikkeling van de Metropoolregio Amsterdam. Het behoud van dit gebied is niet alleen belangrijk voor de agrarische sector, maar ook voor de culturele waarde, ecologische balans en de kwaliteit van leven in de hele regio.